winter Julie Masure

123456789101112
Across
  1. 4. iets waar je kan opzitten en je kan het vooruit duwen in de sneeuw, er mee sleren
  2. 7. warm aan je voeten, er kan geen regen of sneeuw door
  3. 9. kinderen maken het buiten met sneeuw en geven het een wortel als neus
  4. 10. je doet het rond je nek zo heb je daar geen kou en wordt je niet ziek
  5. 11. het is warm aan je hoofd, zo wordt je niet ziek
  6. 12. het verwarmt je handen zo heb je geen kou
Down
  1. 1. een typische warme drank die gedronken die veel gedronken wort in de winter
  2. 2. sneeuw dat smelt
  3. 3. het is wit en het komt uit de lucht het is typisch winter en het is koud
  4. 5. typische sporten in de winter
  5. 6. 2 weken dat kinderen niet naar school moeten gaan en waar nieuwjaar en kerstmis gevierd wordt
  6. 8. de dag dat de geboorte van jezus gevierd wordt