Begrippen hoofdstuk 5

1234567891011121314151617
Across
  1. 3. als iemand zijn partner haalt uit het land waar hij vandaan komt.
  2. 6. Een stad met daaraan vastgegroeide dorpen en steden
  3. 7. Het produceren van voedsel en andere producten door gewassen te verbouwen of dieren te houden.
  4. 8. weinig productie op veel grond.
  5. 9. kunstmatig nathouden van landbouwgronden
  6. 10. Iemand die een korte tijd in een ander gebied woont om daar te werken.
  7. 14. zeer krachtige wervelwind.
  8. 15. Hoogopgeleide arbeidsmigrant met veel kennis van bijvoorbeeld wetenschap.
  9. 17. een overzees gebiedsdeel van een land.
Down
  1. 1. Voornamelijk Spaanstalige mensen die oorspronkelijk uit Latijns-Amerika komen.
  2. 2. mensen uit verschillende cultuurgebieden.
  3. 4. Het laten overkomen van het gezin van de gastarbeider naar het land waar hij woont om samen te gaan leven.
  4. 5. Iemand die verhuist naar een andere woonplaats of een ander land om daar te gaan werken.
  5. 11. Gebied met bergen van 500 tot 1500 meter.
  6. 12. een vlak of zachtgolvend gebied dat lager ligt dan 500 meter.
  7. 13. Een door suburbanisatie uitgegroeid dorp, dicht bij een grote stad.
  8. 16. Achterstandswijk waarin een arme bevolkingsgroep woont.