begrippenschrift

1234567891011121314151617181920
Across
  1. 1. Een sterke innerlijke drang om iets te doen.
  2. 4. De manier waarop mensen denken en doen.
  3. 8. Mensen komen een land binnen.
  4. 9. Afgebrokkelde tanden door slechte verzorging.
  5. 10. Een instument waarmee je voorwerpjes groter kan bekijken.
  6. 11. Iemand die ergens nadeel van ondervind of ergerens bijgewond raakt of sterft.
  7. 13. Geschenken om de goden gunstig te stellen.
  8. 14. Een soort spagettie sliertjes in de soep.
  9. 16. Arm in arm hand in hand zingen en dansen.
  10. 18. Hier worden offers gebracht aan goden/god.
  11. 19. Iets versieren,mooi maken.
  12. 20. Steensoort.
Down
  1. 2. Verhuisen naar een ander land.
  2. 3. Gezondheidsleer gezond leven.
  3. 5. Grondstoffen uit de natuur.
  4. 6. Verimpellen en kleiner worden.
  5. 7. Affwisselend.
  6. 12. Schoonmaken.
  7. 15. Tunnels of gangen onder de grond.
  8. 17. Handboek met samenvatting.