computer
Across
- 3. Hiermee beweeg je het pijltje
- 4. word ook het brein van de computer genoemd
- 6. zet je op je hoofd en zorgt ervoor dat je geluid hoort
- 7. Dit wordt ook het werkgeheugen genoemd
Down
- 1. dit geeft je beeld weer
- 2. hiermee typ je de letters in.
- 4. drukt gegevens af op papier
- 5. zorgt voor stroom
- 8. verbind alle onderdelen
- 9. dit slaat je bestanden op
- 10. hier kan je gegevens opzetten om op een andere computer dezelfde gegevens kan zetten