computer

12345678910111213141516
Across
  1. 2. draagbare computer
  2. 5. de grootte van de harde schijf
  3. 6. personal computer
  4. 8. Biedt plaats om al je interne hardware te bevestigen.
  5. 10. gegevens aanleveren aan pc
  6. 11. programma's op computer
  7. 15. zeer krachtige & stabiele computers voor bijv. banken
  8. 16. centrale computer in een netwerk
Down
  1. 1. Bewegen van pijltje, Bestanden selecteren/verslepen
  2. 3. Alle tastbare (fysieke) onderdelen
  3. 4. tekst typen
  4. 6. machine dat afdrukt
  5. 7. monitor synoniem van het scherm
  6. 8. slaat data op
  7. 9. computerhardware dat niet behoort tot centrale rekenenen
  8. 12. werkgeheugen
  9. 13. Alle interne hardware heeft stroom nodig om te werken.
  10. 14. randapparaat wordt vanuit pc gestuurd.