Gebaren Basisvorming les 5
Across
- 3. water
- 4. Piet
- 6. zon
- 8. worst
- 9. wafel
- 11. zitten
- 12. wachten
- 13. waterkraan
- 16. werken
- 17. waar
- 18. winkelen
- 20. wortel
- 22. zaterdag
- 23. zingen
- 24. week
- 25. yoghurt
- 26. zomer
- 27. wind
- 28. wit
- 29. zwart
- 30. ziek
- 31. zoen
Down
- 1. zweten
- 2. wegen
- 5. wassen
- 6. zee
- 7. zout
- 8. washandje
- 9. wandelen
- 10. wie
- 12. warm
- 13. woensdag
- 14. zwijgen
- 15. zondag
- 17. weten
- 18. witloof
- 19. zagen
- 21. winter
- 24. wijn
- 26. zwaar
- 27. wat
- 29. zeep
- 30. zien
- 31. zus