Hoofdstuk 1

123456789101112131415161718
Across
  1. 4. Dit is een functie van geld en wordt gebruikt om dingen van te kopen
  2. 5. Dit is een vergoeding van de bank voor jouw spaargeld.
  3. 9. Dit is een inkomen van de overheid, dat je in bepaalde situaties krijgt.
  4. 10. De redenen waarom mensen sparen noemen we ook wel...
  5. 11. Het gaat over geld en keuzes maken, omdat je niet genoeg geld hebt om alles te doen.
  6. 13. uitgave Deze komen vaak onverwacht of doe je niet regelmatig. Het is verstandig om er geld voor te reserveren.
  7. 15. uitgave Dit zijn gewone uitgaven voor boodschappen die je betaalt van het huishoudgeld.
  8. 18. Dit kun je kopen en is tastbaar (je kan het aanraken).
Down
  1. 1. Het is een overzicht van de uitgaven die je nog moet doen en de inkomsten die je nog moet krijgen.
  2. 2. Dit is het geld dat binnenkomt voor je huishouden.
  3. 3. Dit is de beloning voor werk
  4. 4. Dit betekent dat je geld opzij legt voor een onverwachte uitgave, of omdat je voor iets spaart.
  5. 6. Het geld gebruiken waar je zelf niet over beschikt.
  6. 7. Dit kun je kopen en is niet tastbaar.
  7. 8. Dis is een functie van geld, als je het een tijdje opzij zet.
  8. 12. Dit is een functie van geld waarmee de waarde mee wordt aangegeven
  9. 14. Het geld in je portemonnee wordt in de economie ook wel ... geld genoemd
  10. 16. Het niet uitgeven, maar bewaren van een deel van je inkomsten.
  11. 17. Het geld op je rekening wordt ook wel .... geld genoemd.