Irregular verbs
Across
- 4. spreken
- 6. eten
- 7. winnen
- 8. rijden
- 9. voelen
- 12. vallen
- 15. betalen
- 17. rennen
- 18. nemen
- 19. geven
- 20. denken
Down
- 1. kiezen
- 2. winnen
- 3. beginnen
- 5. schrijven
- 7. gaan
- 9. vinden
- 10. (ver)laten
- 11. slapen
- 13. zien
- 14. breken
- 16. kopen