SID
Across
- 3. Dit is de beweging die de ogen maken om het beeld van een bewegende object vast te houden.
- 6. De fase inde taalverwerving waarin de baby spraakklanken oefent zonder dat ze tot betekenisvolle eenheden kan samenvoegen.
- 7. Het kind leert de dingen doordat anderen ze, al bewust of niet, voordoen.
- 10. Lichaamsverhoudingen worden normaler.
- 11. De reflexmatige drang van baby's om krachtig te zuigen.
- 16. Afstemming tussen oog en hand
- 18. De dringende behoefte bij de peuter om de wereld te leren ontdekken.
- 19. Fase voor de geboorte.
- 20. ontwikkeling van reflexmatig naar zelfstandig lopen en pakken.
Down
- 1. Het kind leert dingen door ze zelf te doen.
- 2. Een reactie of beweging die zich automatisch voltrekt.
- 4. Het kind leert door dingen zo eindeloos te oefenen.
- 5. Wilt zeggen dat je aan levenloze dingen menselijke eigenschappen toe kent.
- 8. Een peuter leert kruipen, zitten,lopen, klimmen en klauteren.
- 9. Zo heet de ontwikkeling die een baby door maakt in de hersenen.
- 12. Het kind krijgt door dat 'mama'staat voor een bepaalde persoon.
- 13. Het meest belangrijke zintuig voor een baby.
- 14. Een spelsoort waarbij het bouwen of maken van iets centraal staat.
- 15. Het duurt ongeveer tussen 37 en 42 week.
- 17. De reflexmatige drang van baby's om dingen vast te grijpen.