Spaans
Across
- 1. peulvrucht die in veel gerechten wordt gebruikt
- 3. als je iets gaat afgeven aan iemand dan ..... je het naar iemand
- 9. het ontbijt, de ....., het avondeten
- 12. als je een woord van een vreemde taal in je eigen taal zet, heb je iets ........
- 13. niet niemand, maar ......
- 14. ander woord voor honderd jaar
- 16. als je frietjes bij je hoofdgerecht besteld, is dat een ..........
- 18. speciaal vlees uit spanje
- 19. als iets kenmerkend is, is dat .......
- 21. vlees van een rund of kalf
- 22. mijn, jouw, zijn, jullie, ...., hun
- 23. duurt tenminste drie kwartier en je kijkt hem meestal 's avonds
- 26. als een evenement een ramp is, is het ...... .............
- 27. als je iets niet later mag doen, doe je het ......
- 28. zit vaak heel veel in een horrorfilm
- 29. als iemand gelijk heeft, kan je ........... knikken
- 30. als je jezelf een vraag stelt, dan ..... je jezelf iets ..
- 32. als je uit eten gaat, dan heb je een .....
- 33. de persoon die jou lesgeeft op school, is een ......
- 35. als je iets creeert wat nog nooit eerder is gecreeerd, heb je iets nieuws ...........
Down
- 2. niet gisteren, maar ...........
- 4. niet zorgvuldig, maar
- 5. als je iemand alleen bij je laat zijn omdat je iets nodig hebt van ze, ....... je ze
- 6. als je laat zien dat iemand ongelijk heeft, dan ...... iets
- 7. als iemand een product koopt en betaald met een ander product, is dit ..........
- 8. als een persoon alles perfect wil doen, is hij .................
- 10. als je ergens een mening over hebt, dan ..... je er wat van
- 11. groente die meestal geel, groen, of rood is
- 15. bestaat uit een broodje met vlees ertussen
- 17. als iets beter dan gewoon is, dan is het ............
- 20. tweelingen doen dit heel erg qua uiterlijk
- 24. kan verwijzen naar verschillende dingen, bijvoorbeeld een ander woord voor portomonnee
- 25. als er iets heel erg nodig gedaan moet worden, dan is het een ........
- 31. als je gedwongen in een ander land moet wonen omdat je in je eigen land niet mag wonen, ben je .. ............
- 34. groene groente, meestal rauw geteten