taalcompleet B1 thema 1

12345678910111213141516171819
Across
  1. 1. iemand die advies geeft en helpt
  2. 4. somber zijn, geen zin hebben in dingen
  3. 6. heel erg blij
  4. 7. zaad over grond gooien
  5. 9. een droom hebben
  6. 11. niet doen, afslaan
  7. 14. beter maken
  8. 15. hartelijk mensen ontvangen
  9. 16. alleen voelen
  10. 17. de keuze om iets te doen
  11. 19. iets wat je altijd zo doet
Down
  1. 2. groter worden
  2. 3. de kamer
  3. 5. iets doen zonder lang nadenken
  4. 8. een gat in de grond maken
  5. 10. netjes, goede manieren hebben
  6. 12. iets graag willen weten
  7. 13. nog een keer
  8. 18. bewaakt gebouw waar mensen opgesloten zitten