Test 1

123456789101112131415161718192021222324
Across
  1. 4. Opschrijven
  2. 5. interessant
  3. 8. Het ... van Mc Donalds is een grote gele M.
  4. 10. ... is menselijk, iedereen maakt fouten.
  5. 12. Als je een grote taart wil, moet je ze eerst ...
  6. 14. Iemand die liegt, is een ...
  7. 15. verwittigen
  8. 17. firma
  9. 18. Heb je een verklarend of een ... woordenboek?
  10. 20. verstaan
  11. 21. traag
  12. 22. Jan is ziek, hij is ...
  13. 24. Iemand die koopt in een winkel is een ...
Down
  1. 1. Ik wil een andere kleur in mijn slaapkamer, ik ga ze rood ...
  2. 2. Als ik naar de 4de verdieping moet, neem ik de ...
  3. 3. Iemand die in de administratie werkt, is een ...
  4. 6. laten zien
  5. 7. Ik kan niet zonder chocolade, ik ben ...
  6. 9. Op je 18 jaar ben je ...
  7. 11. Je mag me bellen na 18u, dan ben ik ...
  8. 13. Ik had een mondeling en een ... examen.
  9. 16. Ik zoek een andere job, ik wil een nieuwe ...
  10. 19. Dat meisje is heel ziek, ze moet ... naar de dokter.
  11. 23. Ik wil niet verliezen, maar ...