Week 50

12345678910
Across
  1. 4. iets wat gedaan wordt door iemand die het als beroep heeft
  2. 6. iemand een vak leren
  3. 7. tijdens, voor de duur van
  4. 9. de handicap
  5. 10. voorkeur het liefst
Down
  1. 1. in een korte tijd voorbereiden
  2. 2. behalen (van succes, vooruitgang of winst)
  3. 3. terugbetalen
  4. 5. de aanwijzing hoe je iets het best kunt doen
  5. 8. de reden waarom je iets niet goed vindt