woorden met cht, gt, ch en g
Across
- 2. straat
- 4. hij voelt ... blij
- 5. niet vol maar ...
- 6. pinokkio ... veel
- 8. hij ... een plank
- 10. niet goed maar ...
- 12. wandeling
- 13. geen neef maar een ...
- 14. ik ... met de mop
- 15. niet snel maar ...
Down
- 1. ongeluk
- 3. niet laag maar ...
- 4. de kip ... tok tok
- 5. de kip ... een ei
- 6. niet donker maar ...
- 7. na dag komt ...
- 8. niet hard maar ...
- 9. de mug ... door het raam
- 11. niet open maar ...
- 14. de kip ... in het hok