woordenschat pc taal1 10 maart 2016

123456789101112131415161718192021222324252627282930313233
Across
  1. 3. iets vervelend vinden, iets storend vinden
  2. 5. (slechte) dingen vertellen over iemand zonder dat hij/zij aanwezig is
  3. 7. vuile kleren of kleren die net gewassen zijn
  4. 10. je neus proper maken
  5. 11. je zorgt niet alleen voor jezelf maar ook voor anderen. Je bent ...
  6. 13. nerveus
  7. 15. Wij volgen een ... als PC netwerktechnicus bij intec Brussel.
  8. 18. iets gebruiken tot het op is
  9. 22. iets doen zonder empathie is ...
  10. 24. naar boven gaan, of toenemen
  11. 25. dat wat rond een machine zit en de machine beschermt tegen zijn omgeving
  12. 27. grillen
  13. 28. je kan vlees niet lang buiten de koelkast ...
  14. 29. een ding waarmee je een toestel vanop een afstand kan bedienen
  15. 31. het licht moet je ... als je de kamer verlaat
  16. 33. overgeven
Down
  1. 1. ... gingen ze slapen. (tijdsaanduiding)
  2. 2. gemiddeld, zoals de meeste mensen zijn
  3. 4. excuseren
  4. 6. je moet de diepvries 1 keer per jaar ...
  5. 8. de OVT is het ...
  6. 9. Volkswagen installeerde ... in hun auto's om ze beter te laten scoren op milieutesten
  7. 12. een toestel waarmee je koffie zet
  8. 14. zwart en wit, mooi en lelijk, som en slim zijn ...
  9. 16. de mensen waarmee je iets samen doet. Zij zijn jouw ...
  10. 17. prachtig, excellent, fantastisch
  11. 19. een financiƫle straf
  12. 20. de onbekende tweede vrouw van een getrouwde man
  13. 21. je kan alleen werken zonder de hulp van iemand anders
  14. 23. je kan de lasagna in de microgolfoven ...
  15. 26. iemand gebruiken zonder er veel voor terug te geven
  16. 30. papiertje dat bij een geneesmiddel zit
  17. 32. Ik ben geboren ... 5 januari 1998.