Year 2 Chapter 4
Across
- 5. de voorkeur geven aan
- 7. maandelijks
- 9. cassiere
- 10. ieder uur
- 11. maat
- 12. altijd
- 14. korting
- 16. moeten
- 17. aanbevelen
- 20. zich afvragen
- 23. uitgeven
- 25. kunst
- 26. bestellen
- 28. uitgang
- 29. wekelijks
- 31. aanbieding
- 33. ingang
- 34. perron
Down
- 1. gebouw
- 2. terugbrengen
- 3. dagelijks
- 4. verdieping
- 6. bonnetje
- 8. oversteken
- 13. soms
- 15. nooit
- 18. kassa
- 19. munt
- 21. jaarlijks
- 22. biljet
- 24. in de rij staan
- 27. wisselgeld
- 28. roltrap
- 30. aarzelen
- 32. vaak
- 35. lift