Zomereditie BTW

2. – Wat schijnt er de hele dag en zorgt voor je vakantiekleurtje?
4. – Even helemaal niets doen. Alleen jij, je zonnebril en een ligbed.
5. – Smelt sneller dan je het op kunt eten op een warme zomerdag.
8. – Je kijkt er het hele jaar naar uit en telt de dagen af tot het zover is.
10. – Het zit overal: in je schoenen, je handdoek en je boterham.
11. – De geur alleen al betekent zomer. Let op: wie bakt, wordt zwart geblakerd.
15. – Die warme deken die over je heen valt zodra je naar buiten stapt.
17. – Die zet je op je neus, maar verlies je standaard minstens één keer per zomer.
19. tijd – Geen werk, geen school. Alleen doen wat jij leuk vindt.
20. – Hier drink je iets kouds, kijk je mensen en vang je zonnestralen.

1. – Een onverwachte wending op vakantie – verdwalen of iets nieuws proberen.
3. – Je hoort ze al van ver aankomen. Sloffend geluid op elke camping.
6. – Hier vind je zand tussen je tenen en hoor je de zee op de achtergrond.
7. – Wat je doet bij vertrek. Vaak met tranen, altijd met een koffer.
9. – Die pak je in, prop je vol, en vergeet altijd iets in te stoppen.
12. – Ramen open, muziek hard, geen vast plan – alleen maar de weg voor je.
13. – Slapen in een tent, zelf koken op een gaspitje en douchen met muntjes.
14. – De perfecte plek om af te koelen en bommetjes te maken.
16. – Je zit erin met je oortjes in, een boekje erbij, op weg naar de zon.
18. – Doe je met de auto, trein, boot of vliegtuig om ergens anders te ontspannen.