32

12345678910111213
Across
  1. 4. rugzak: tas die je op je rug draagt
  2. 6. paddenstoel: groeit in het bos in de herfst
  3. 10. ,eiland: land in het water
  4. 11. ,fiets: voertuig waarop je moet trappen
  5. 13. ,zaad: hieruit groeit een plant
Down
  1. 1. ,rijk: dit ben je als je veel geld hebt
  2. 2. ,twaalf: totaal aantal getallen op een klok
  3. 3. ,oud: niet jong
  4. 5. ,kraaien: Het geluid van een haan
  5. 7. ,eenzaam: alleen
  6. 8. ,tanden: ivoor in je mond
  7. 9. ,blind: als je niets kunt zien
  8. 12. ,kaas: voedsel gemaakt van melk