§ 6.1 t/m § 6.2

3. waaraan konden slaven worden herkend als zij bij hun baas waren weggelopen?
8. gebied om producten te verkopen.
10. het vermoorden van een heel volk.
11. De Engelse benaming voor de driehoekskandel.
12. het streven van een land om meer gebieden op de wereld te veroveren en te besturen.
15. basisproduct om andere dingen van te maken.
19. op deze akkers in Zuid Amerika werkten veel slaven.
21. dit land heeft gedurende de Tweede Wereldoorlog Nederlands-Indië bezet.
22. (Europees) land dat andere landen bezit.
23. voormalig kolonie van Nederland, gelegen in Azië.
24. de triange trade vond plaats tussen Afrika, Amerika en dit werelddeel.
25. ander woord voor zelfstandig.
27. dit stuurde de Nederlandse regering naar Nederlands-Indië toen zij onafhankelijk wilden worden.
29. dit was het eerste land in Afrika dat onafhankelijk werd.
30. in de jaren 60 van de 19e eeuw werd dit in veel westerse landen afgeschaft.

1. deze koningin is staatshoofd van de Nederlandse Antillen en Aruba
2. het onafhankelijk worden van kolonies.
4. het veroveren en besturen van een gebied dat niet hoort bij het moederland.
5. de gedachte waarbij men slechts kolonies wil om er voordeel uit te halen.
6. in dit land vond de genocide plaats van de Hutu's aan de tutsi's.
7. gebied waar grondstoffen en producten uit worden gehaald.
9. Iets dat vaststaat
13. dit is het laatste Afrikaanse land dat onafhankelijk werd.
14. millitair ingrijpen van de Nederlandse regering om Indonesië als kolonie te houden.
16. Zonder vooroordeel of mening.
17. handelswaar dat alleen uit afrika afkomstig was.
18. Aruba is een zelfstandig land met een eigen regering en een eigen munt.
20. voormalig kolonie van Nederland, gelegen in Zuid Amerika.
26. iemand die in het land is geboren en waarvan de ouders ook uit het land komen.
27. Hatta en deze persoon waren onafhankelijkheidsstrijders van Nederlands Indië.
28. de tutsis in Afrika hadden veel ruzie met deze stam.