Across
- 4. net de laatste woorden van de ander gaan herhalen zodat je laat merken dat je aandachtig bent (vb: “Het gaat niet zo goed”, “niet zo goed?”)
- 6. herhalen in eigen woorden wat de ander wil zeggen (vb: ‘Als ik het goed begrijp, dan…’, ‘wat ik je hoor zeggen, is…’
- 8. tijdens deze krijg je de kans om je gedachten te ordenen en ze brengen rust in het gesprek
- 9. hiermee kan je de spreker uitnodigen om verder te vertellen, zonder te ver te gaan in het blootleggen van zijn gevoelens
- 10. probeer de kern wan de boodschap te achterhalen, decodeer de boodschap, zoek het achterliggende gevoel, wat de spreker eigenlijk bedoeld. Dit kan door de kern van de boodschap te achterhalen door het gevoel van de ander moet eigen woorden te omschrijven. Dit noemen we… (vb: “ik denk dat je toen wel opgelucht was…”)
- 11. interesse en openheid kan je naast met woorden ook uitstralen met non-verbale en … elementen
Down
- 1. hierop let je best ook tijdens een gesprek. Naast wat je zegt moet je ook aandacht besteden aan hoe je het zegt, dus aan je …
- 2. bij actief luisteren ga je je in de gevoelens van anderen … (je plaatst jezelf in hun positie)
- 3. spiegel niet de oppervlakkige inhoud maar denk ook na over de … gevoelens
- 5. bij actief luisteren geef je geen opmerkingen, je laat je eigen gedachten, gevoelens, oplossingen en… achterwege (vb. niet: “Ik vind dat je dat niet moet doen”)
- 7. je kan een gesprek gaande houden door te knikken en te …