eeuw, ieuw, uw

12345678910111213141516
Across
  1. 3. Dat vogeltje met zijn gevorkte staart is een.....
  2. 5. In die wijk staan geen oude huizen, alleen maar.........
  3. 6. wat zit je te ......, heb je slaap?
  4. 9. Doe voorzichtig met mijn rolschaatsen, ze zijn........
  5. 11. ........ reisden mensen alleen maar te voet of te paard.
  6. 13. Hij schaafde zijn knie aan de .... tegel.
  7. 14. Hé,wil je niet........
  8. 15. voor altijd en .......
  9. 16. Mijn oma had vroeger gitzwart haar, haar haar is nu ...........
Down
  1. 1. De mensen reageerden vol....... op de stormschade.
  2. 2. Het meisje zat in de ....... van de parasol een boek te lezen.
  3. 4. dat meisje kan mooi zingen, ze heeft een stem als een.......
  4. 7. Wat heb je daar? Je maakt me..........
  5. 8. vanavond krijgen we een verrassing, ik ben..... wat het is.
  6. 10. De troep bestond uit één leeuw en vijf ........ met hun welpen.
  7. 12. vele honderden jaren,........ geleden