Across
- 3. Dat vogeltje met zijn gevorkte staart is een.....
- 5. In die wijk staan geen oude huizen, alleen maar.........
- 6. wat zit je te ......, heb je slaap?
- 9. Doe voorzichtig met mijn rolschaatsen, ze zijn........
- 11. ........ reisden mensen alleen maar te voet of te paard.
- 13. Hij schaafde zijn knie aan de .... tegel.
- 14. Hé,wil je niet........
- 15. voor altijd en .......
- 16. Mijn oma had vroeger gitzwart haar, haar haar is nu ...........
Down
- 1. De mensen reageerden vol....... op de stormschade.
- 2. Het meisje zat in de ....... van de parasol een boek te lezen.
- 4. dat meisje kan mooi zingen, ze heeft een stem als een.......
- 7. Wat heb je daar? Je maakt me..........
- 8. vanavond krijgen we een verrassing, ik ben..... wat het is.
- 10. De troep bestond uit één leeuw en vijf ........ met hun welpen.
- 12. vele honderden jaren,........ geleden
