Across
- 4. Dit zit onder de schors
- 5. Het blad van een tamme kastanje is
- 7. Mijn kastanje heeft geen pluisje
- 11. Dit zit in het water om de boom te helpen groeien
- 12. Mijn blaadjes hebben diepe nerven
- 13. Wij verliezen onze bladeren vanaf de herfst
- 16. Laag van het bos waarin de lage struiken zich bevinden
- 17. Deze eik heeft de smalste eikels
- 18. In dit seizoen groeit de boom niet
- 19. Een boom groeit goed in de lente en zomer door het
Down
- 1. Deze eik heeft een gekarteld blad
- 2. Hieraan kan je tellen hoe oud een boom is
- 3. Een naaldboom blijft groen in de winter, dit noemen we
- 6. Dit geeft een blad zijn groene kleur
- 8. Vanaf de herfst maakt de boom zich klaar voor zijn
- 9. De bovenste laag van het bos
- 10. De boom heeft een witte stam
- 14. Een blad bestaat uit twee grote delen: de bladschijf en de
- 15. Mijn blaadjes zijn stekelig en mijn rode besjes zijn giftig
- 18. Het onderste deel van de boom