Het voltooid deelwoord

1234567891011121314151617181920212223
Across
  1. 2. De kat heeft me ... (krabben).
  2. 3. Hoe wordt dat woord ... (spellen).
  3. 5. Gelukkig is ze gisteravond nog wat langer ... (blijven).
  4. 8. Mijn vader heeft altijd heel hard ... (werken).
  5. 9. Wie heeft dat daar ... (leggen)?
  6. 11. Beide oevers werden door een nieuwe brug ... (verbinden).
  7. 13. Voor de onafhankelijkheid van Spanje is jarenlang...(vechten).
  8. 15. Dit huis is niet stevig ... (bouwen).
  9. 18. Mijn vader heeft vroeger heel wat kwajongensstreken ... (uithalen).
  10. 20. Volgende week is er veel regen ... (voorspellen).
  11. 21. Mijn zus is na haar reis helemaal ... (veranderen).
  12. 22. Hij was niet erg ... (schrikken).
  13. 23. Ik heb enorm ... (genieten) van onze lunch.
Down
  1. 1. Ik had mijn oude wiskundedocent bijna niet ... (herkennen).
  2. 3. Het meisje is als een blok voor de jongen ... (vallen).
  3. 4. Nog geen jaar later waren ze ... (trouwen).
  4. 5. Helaas is hij te vroeg gestorven.
  5. 6. De hond heeft de hele dag ... (blaffen).
  6. 7. Had ik dat maar eerder ... (weten)!
  7. 10. Die hoofdstukken hebben we nog niet ... (behandelen).
  8. 12. Mijn moeder heeft weer flink ... (overdrijven).
  9. 13. Hier heb ik jarenlang op ... (wachten).
  10. 14. Mieke heeft vandaag een leuk verhaal ... (vertellen).
  11. 16. Al te veel bomen worden ... (omhakken).
  12. 17. Na die botsing is hij gewoon ... (doorlopen).
  13. 19. Uiteindelijk is het vliegtuig dan toch ... (vertrekken).