Ik kan, ik kan wat jij niet kan

1234567891011121314
Across
  1. 2. dagboek op het internet
  2. 5. afzetten van een arm of been
  3. 7. kleinerend, een beetje spottend
  4. 9. zich ergeren, iets helemaal niet graag hebben
  5. 10. een rol spelen
  6. 11. rechthoekige, platte computer met een aanraakscherm en zonder toetsenbord
  7. 12. denkbeeldig
  8. 13. hulpmiddel om iets gemakkelijk te onthouden of op te lossen
Down
  1. 1. korte cursus waarin je een aantal vaardigheden leert
  2. 3. wat door de computer verwerkt kan worden, bv. iets digitaal versturen
  3. 4. een plaats waar iemand herstelt van een ziekte of ongeval
  4. 6. belangrijke gebeurtenis
  5. 8. mensen die een krant of tijdschrift leiden
  6. 14. uiterste grens