MP122 Mens en Media

3. Over welk aspect hebben we het wanneer de zender iets wil bereiken bij de ontvanger?
5. Ontcijferen van tekens uit een mediaboodschap (door de ontvanger).
6. Bij welke mediatheorie hoort deze zin: Media bepalen niet alleen aan welke thema’s mensen denken, maar ook hoe ze over die thema’s denken.
10. Volgens de Uses and Gratification hebben mensen motieven om media te gebruiken. Welke ontbreekt? leerfunctie, informatiefunctie, opwinding en genoegen
12. Hierbij gaat het om de feitelijke voorstelling van een boodschap.
14. Wat zijn de producten van de wetenschap?
16. Bij welke mediatheorie hoort deze zin: Media bepalen niet wat mensen denken, maar wel aan welke thema’s mensen denken.
19. Het tweede tijdperk dat wij in de lessen hebben behandeld is: ‘Het tijdperk van de beperkt ……..’.
20. Wat ontbreekt?: zender → ??? → boodschap → ontvanger → effect
21. Het tijdperk van de sturend machtige media loopt parallel aan het tijdperk van de …… .

1. Als het bij tekens gaat om een gelijkenis dan gaat het om een ….. .
2. Welke richting uit de kritische mediatheorie heeft oog voor de culturele verschillen tussen ontvangers?
4. Bedenker van de Cultivatiehypothese.
7. Andere naam voor myceliummodel
8. Hoe heet het bekende hoorspel van Orson Welles, dat ook wel gezien werd als het bewijs van de effectiviteit van de one-step-flow-theorie.
9. Naast praktijkgericht (of toegepast) onderzoek heb je ……… onderzoek.
11. Wat is een andere naam voor de one-step-flow-theorie/het stimulus-responsmodel? …………..theorie
13. Hoe heet het binnen de Cultivatiehypothese wanneer de invloed van de media op een bepaald onderwerp alleen groot is bij een bepaalde groep van zware mediagebruikers?
15. We onderscheiden drie soorten agenda’s Hoe noemen we de agenda met de thema’s die de ontvanger belangrijk vindt? …..persoonlijke agenda
17. Volgens McLuhan is het medium de vorm en de boodschap de …… .
18. Bij welke propagandatechniek wordt ervan uitgegaan dat mensen zich gaan aansluiten bij een (nieuwe) trend?