Sport in woord en beeld

12345678910111213141516171819
Across
  1. 2. In een kimono proberen omde tegenstander op zijn rug te werpen.
  2. 7. Voetbal, maar dan in het water.
  3. 8. De ballen in een pocket potten op een veel te grote tafel.
  4. 10. crawl, schoolslag, vlinderslag of rugslag.
  5. 11. Wandelen op latten in de sneeuw.
  6. 12. Een bal met 3 gaten. Strike, spare of in de goot.
  7. 13. Op en neer, salto hier, schroef daar.
  8. 15. Met een plank de berg naar beneden.
  9. 16. Robin Hood, Willem Tell.
  10. 18. Bunker, green, tee, hole-in-one en voor de rijksten een karretje om mee rond te rijden.
  11. 19. Game, set and match. Het balletje heen en weer kloppen.
Down
  1. 1. In een klein bootje en 1 peddel een rivier afvaren.
  2. 3. Vogelpik. Als je recht in het midden werpt, werp je in de roos.
  3. 4. Smash, moeilijker dan netbal.
  4. 5. Sprinten, tijdrijden en klimmen in de Ronde van Frankrijk.
  5. 6. In de zaal, goal, alleen de keeper mag zijn voeten gebruiken
  6. 9. Fietsen in de modder, bergop en dan weer bergaf.
  7. 14. 11 tegen elf, FIFA, Champions League, Messi
  8. 16. Schoenen zonder tippen, een tutu. Lenigheid en evenwicht zijn zeer belangrijk.
  9. 17. Ridder of piraat spelen, maar dan wel op een veilige manier.