Across
- 2. Wat je over iets weet of denkt.
- 4. Zonder. Niet erbij inbegrepen.
- 5. Als iemand uitgaat van zijn eigen gevoel of mening.
- 6. Voor een tijdje. Niet voor vast of voor altijd.
- 9. Vaak.
- 10. Als iemand alleen feiten geeft.
- 12. Aan de ene kant.
- 14. Blijvend.
- 15. Met ... erin.
Down
- 1. Als iets klaar is en niet meer verandert.
- 3. Af en toe.
- 7. Niet stevig.
- 8. Aan de ene kant.
- 11. Wat je doet in het echt. In het dagelijkse leven.
- 13. Stevig.
