uitprobeersel

123456789101112
Across
  1. 3. huis
  2. 6. tegenovergestelde van links
  3. 7. tegenovergestelde van groot
  4. 8. oma
  5. 11. opa
  6. 12. de kleur van een tomaat
Down
  1. 1. tegenovergestelde van klein
  2. 2. tegenovergestelde van rechts
  3. 4. deel van het huis waar je kookt
  4. 5. daar koop je je brood
  5. 9. als je teruggaat naar huis
  6. 10. vader