unité 28: een ongelukkige hond

123456789101112131415
Across
  1. 3. Ik heb heel veel ... in een ijsje!
  2. 5. Van de Sint kregen we veel ...
  3. 7. Doe die oefening nog maar een ... opnieuw.
  4. 8. Na het middagmaal komt er nog een ...
  5. 9. Hoe lang moeten we nog op de bus ...?
  6. 11. Hij lacht de hele dag, hij is erg ...
  7. 13. Je zal beter moeten zoeken als je het vandaag nog wil ...
  8. 15. Er is een ... in huis. Mies heeft de griep.
Down
  1. 1. Weet jij ... de bananen krom zijn?
  2. 2. Eet je ... met kaas op!
  3. 3. Jules is ..., hij is verkouden.
  4. 4. Zet je muziek stiller, ik kan het tot buiten ...
  5. 6. Is dat meisje ...? Ze huilt.
  6. 10. Ik heb ... voor je meegebracht.
  7. 12. Ik eet dat niet meer op, ik heb geen ...
  8. 14. Welk ... wil je bij de wortelen en aardappelen?