Across
- 2. een dame
- 3. een plaats
- 6. de melk
- 10. de thee
- 12. sinds
- 13. het mineraalwater
- 15. moeten
- 16. de kaas
- 17. het brood
Down
- 1. een glas
- 4. brengen, meebrengen
- 5. de koffie
- 7. de limonade
- 8. het fruitsap
- 9. een stuk fruit
- 10. een kop
- 11. de boter
- 14. de ham
