Verrijk je taalschat blok 1

12345678910111213141516
Across
  1. 1. Absoluut, beslist
  2. 3. Opschrijven
  3. 4. Niet normaal
  4. 5. Ook de naam
  5. 9. Nagaan wie afwezig is
  6. 12. Zenuwachtig
  7. 13. In het vervolg
  8. 14. Heel aardig
Down
  1. 1. Voordeel hebben
  2. 2. Uitleggen
  3. 4. Goede redenen
  4. 6. Verschijnsel / gebeurtenis
  5. 7. Noem eis (beperking) vooraf, iets wat eerst moet gebeuren
  6. 8. Punten / eigenschappen
  7. 10. Doe alleen maar...
  8. 11. Daar iets uit afleiden, conclusie trekken
  9. 15. Rust houden
  10. 16. Chagrijnig, in een slecht humeur