Virussen

12345678910111213141516
Across
  1. 1. Kinderziekte.
  2. 5. Wordt gegeven aan sterk verzwakte personen om virussen te doden.
  3. 6. symptoom bij het herpesvirus.
  4. 8. Mogelijke overdracht van hiv.
  5. 11. Hierop kunnen bacteriƫn gekweekt worden maar bacteriƫn niet.
  6. 13. Je hebt antistoffen tegen het hiv-virus in je lichaam.
  7. 15. Manier van indelen van virussen.
  8. 16. Onderdeel van de gastheercel waaraan het virus zich vasthecht.
Down
  1. 2. Virussen veranderen van eigenschappen (zn.)
  2. 3. Grootte virussen.
  3. 4. DNA.
  4. 7. Zo kan het capside van een dierlijk virus eruit zien.
  5. 9. Hiermee kan je virussen bestrijden.
  6. 10. Capside.
  7. 12. Je krijgt de ziekte geen tweede keer.
  8. 14. Onderdeel van een bacterie-etend virus.