Across
- 2. Hierop kun je de stand lezen.
- 7. Fans van een bepaalde voetbalclub.
- 8. Laatste wedstrijd op een toernooi.
- 11. Hierin speelt een land of elftal samen met andere tegenstanders.
- 13. Assistenten van de scheidsrechter.
- 16. Zitplaats voor de toeschouwers.
- 17. Dit krijgt een speler bij een behoorlijke overtreding.
- 20. Trainer/leider van een voetbalteam.
- 21. Engels woord voor hoekschop.
- 22. Voorste aanvaller.
- 23. Wereldkampioenschappen voetbal.
Down
- 1. De aanvallers van een elftal.
- 3. Nederlandse woord voor keeper.
- 4. Degene die het meeste aantal doelpunten heeft gemaakt.
- 5. Als er in een wedstrijd langer gespeeld wordt om een beslissing te forceren.
- 6. Hierin staat op welke plaats elke speler staat.
- 9. Zone rond het doel waarbinnen de keeper meer bevoegdheden heet dan de andere spelers.
- 10. Speler tussen de verdedigers en de aanvallers.
- 12. Als je deze krijgt, mag je niet meer spelen.
- 14. Als je 3 doelpunten in één helft maakt.
- 15. Engels woord voor strafschop.
- 18. Europese kampioenschappen voetbal.
- 19. Voetballer die rechts of links achter in de verdediging speelt.
