We doen aan sporten

12345678910111213
Across
  1. 5. in die sport spelen 2 ploegen van elf spelers.
  2. 6. hij heeft speciale handschoenen, en een tegenstander (un adversaire)
  3. 7. we zijn twee, en we spelen met een racket en een kleine gele bal.
  4. 9. Ik loop snel en jog enke dag, ik spring hoog en ver: ik doe aan...
  5. 10. in die sport zijd ik op een paard.
  6. 11. hij doet het op een muur, en is niet bang voor hoogtes.
  7. 13. jullie gaan naar het zwembad om te...
Down
  1. 1. Je hebt een mooi turnpak en doet zeer elegante figuren met souplesse,je doet aan
  2. 2. ze rolt en doet freestyle, maar niet op een skateboard.
  3. 3. Bij deze sport zijn er elf spelers op het veld, maar er is geen bal.
  4. 4. voor die sport heb ik een speciale fiets, en een helm nodig.
  5. 8. in die sport vechten twee tegenstanders in witte pak, met een mooie riem.
  6. 12. ze houden van bewegen in muziek= ze...