week 2 (blok 3) peuter>kleuter

12345678910111213141516171819202122232425262728293031
Across
  1. 6. * alle kinderen uiten zich (wel) of niet (nee) agressief. Kies(…)
  2. 7. * peuters (onder)- of (over)-schatten hun capaciteiten en kennis omdat ze zich nog niet met anderen vergelijken.
  3. 8. *……….. denken= het gebruik van woorden of objecten snappen zonder dat deze letterlijk aanwezig zijn
  4. 11. * in denken niet meerdere aspecten kunnen combineren omdat visuele beeld domineert (hond met kattenmasker is kat voor kind
  5. 13. * kinderen leren ongeveer 10 woorden per dag. Dit heet ‘…. Mapping’
  6. 14. * scaffolding is de ….. die andere bieden ter bevordering van onafhankelijkheid en groei
  7. 16. * organisatie van terugkerende gebeurtenissen in geheugen
  8. 17. * als kinderen moreel gedrag van ouders niet meer imiteren, maar zelf abstracte principes beginnen te ontwikkelen over de algemene maatschappelijke regels noemen we dit …….. modeling
  9. 19. * ondersteunend ouderschap met niet alleen duidelijke regels, maar ook uitleg over waarom iets zus of zo is , heet: ……. ouderschap
  10. 21. * bewustzijn ………….= het vermogen om iets te herkennen ook al heeft het een andere vorm (bv dat iets klei is… in een poppetje, maar als balletje klei)
  11. 22. * Vygotsky beweerd dat verschil in ….….. een belangrijke rol speelt wat betreft stimulans van cognitieve ontwikkeling. Zo spelen meisjes met ander speelgoed dan jongens en zullen ze andere aspecten ontwikkelen.
  12. 24. * ouders die welvarender zijn spreken (meer) of (mind)er tegen hun kinderen
  13. 26. * ………. worden is een vorm van kindermishandeling
  14. 29. * De zone van …. ontwikkeling zegt iets over het niveau waarop een kind een taak bijna kan doen, maar nog niet zelfstandig
  15. 30. *.In de sociale …. theorie word een kind’s idee over juist gendergedrag door observatie ontwikkeld. BV vrouwlijk: juist vrouwelijk gedrag beloont zien / getoond typisch vrouwelijk gedrag op tv zien en overnemen / in taal geduid gedrag (grote jongen <>lief meisje
  16. 31. * …… centrisme = onvermogen je in te leven in perspectief van ander. (noch fysiek, noch gedachten, gevoelens of standpunten)
Down
  1. 1. * leren dat de rij knopen die langer is, niet altijd meer knopen onder elkaar bevat. (nog geen bewustzijn van identiteit)
  2. 2. * In het …… jaar heeft een gemiddeld kind een vocabulaire van 14.000 woorden
  3. 3. * Vygotsky zag de ……… en culturele wereld als bron voor cognitieve ontwikkeling (dus niet zoals Piaget de individuele stapjes in cognitieve ontwikkeling, maar ontwikkelen middels motiveren, helpen en instrueren)
  4. 4. * ………..operationeel stadium (tussen de 2 en 7 jaar)
  5. 5. * volwassenen kunnen kinderen mishandelen omdat ze te ……. verwachtingen hebben van het bevattingsvermogen van kinderen
  6. 9. * volgens Erikson doorloopt een mens …. (hoeveel) stadia waarin die mens ervaringen van een crisis of conflict (dat opgelost moet worden) zijn eigenwaarde positief of negatief ontwikkeld.
  7. 10. * georganiseerde formele logische mentale processen (de processen die zorgen dat iemand correct verbanden kan leggen) heten ………
  8. 12. * vorm van denken waarbij de kinderen gretig kennis verwerven, maar nog niet goed kunnen nadenken. Wat ze niet kunnen verklaren verzinnen ze erbij. BV vlieguig zal wel vliegen als een vogel)
  9. 15. *angst van kinderen voor volwassenen en/of aanrakingen kan duiden op ……..mishandeling
  10. 18. * Dat het niet het betere geheugen is maar, de concentratieboog die toeneemt met ouder worden, waardoor kinderen begrijpen dat er net zoveel water gaat in een hoog dun glas , als een braad laag glas is WEL of NIET een bewering van Piaget
  11. 20. * het autobiografisch geheugen is voor … jaar niet echt nauwkeurig
  12. 23. * noem een vorm van relationele agressie:….
  13. 25. * soort spel waarbij kinderen naast elkaar spelen, zonder interactie heet …… spel
  14. 27. * ………problemen kunnen duiden op kindermishandeling
  15. 28. * halverwege het derde jaar ontwikkeld de ….. van 2 woorden naar langere zinnen.