Wie, wat, waar en hoe ben ik?

123456789101112131415
Across
  1. 4. Daan goes MATLAB
  2. 5. bij je hebben of erheen gaan als het half 1 wordt
  3. 7. voor een half jaar goed genoeg
  4. 9. doe je graag en kom je ver mee
  5. 10. zou je club moeten zijn
  6. 11. woonplaats
  7. 12. net niet jouw ziekenhuis (en ook niet heilig)
  8. 14. Spanje-ver-weg
  9. 15. Hier ben je niet begonnen, maar wel geeindigd.
Down
  1. 1. moet je altijd bij je hebben.
  2. 2. GO-AHEAD-VMAT
  3. 3. voornaam
  4. 4. voor jou geen couchsurfen, maar couchschrijven
  5. 6. verafwerkplek
  6. 8. achternaam
  7. 13. klein maar fijn