Winter Anke De Winter

1234567891011121314
Across
  1. 3. steile hellingen
  2. 5. mensen kunnen er voor hun plezier of hun sport gaan zwemmen
  3. 7. als het lekker is kan je er veel van eten
  4. 9. je kan er overnachten
  5. 11. het is een luchtvaartterrein met start- en landingsbanen
  6. 12. dat zijn landen die naast jou eigen land liggen
  7. 13. dat is een hoed dat je op je hoofd kan zetten als het warm is
  8. 14. het opnemen van een vloeistof
Down
  1. 1. het ligt juist voor het zoute water
  2. 2. het is warm en als je er lang in ligt kan je je verbranden
  3. 4. je kan er je gerief instoppen als je op reis gaat
  4. 5. het is zout water
  5. 6. dat is vakantie tijdens het schooljaar
  6. 8. je kan er personen of goederen met vervoeren
  7. 10. het is wit en het ligt er in de winter