Across
- 2. het is warm en als je er lang in ligt kan je je verbranden
- 5. je kan er je gerief instoppen als je op reis gaat
- 9. steile hellingen
- 10. dat is vakantie tijdens het schooljaar
- 11. het is een luchtvaartterrein met start- en landingsbanen
- 13. het is wit en het ligt er in de winter
- 15. je kan er personen of goederen met vervoeren
Down
- 1. je kan er overnachten
- 3. dat zijn landen die naast jou eigen land liggen
- 4. het ligt juist voor het zoute water
- 6. dat is een hoed dat je op je hoofd kan zetten als het warm is
- 7. het opnemen van een vloeistof
- 8. het is zout water
- 12. als het lekker is kan je er veel van eten
- 14. mensen kunnen er voor hun plezier of hun sport gaan zwemmen