Across
- 3. schoen die je gebruikt op ijs.
- 4. seizoen na de herfst.
- 6. wit soort poeder dat uit de lucht valt.
- 9. vakantie die je op school hebt in de winter.
- 11. weinig licht.
Down
- 1. een witte beer.
- 2. bescherming voor je hand.
- 3. een soort man uit sneeuw.
- 5. kledingstuk voor op je hoofd.
- 7. doe je rond je nek.
- 8. man die op de noordpool leeft.
- 10. een wintersport op latten.