Across
- 3. wanorde
- 7. reusachtig groot
- 11. in onderdelen uit elkaar halen
- 14. persoonlijk, voor zich alleen
- 16. bij elkaar gekomen op een punt
- 17. ervaren, bedreven
- 18. besluit, uitkomst
Down
- 1. gebeuren
- 2. kort geleden
- 4. handiger, doelmatiger
- 5. ook
- 6. – uitleggen
- 8. woord dat hetzelfde betekent als een ander woord
- 9. controleren op slijtage
- 10. beschikken over
- 12. afzeggen
- 13. verdiept in grondig bestudeert
- 15. ergens anders
