Across
- 3. Ik heb een broertje en een ...
- 7. Je hebt goede en ... gewoontes.
- 8. De dieven konden ... en gingen zo met de buit aan de haal.
- 10. Op het feestje van Sofie had ik veel ...
- 13. We vonden net een katje aan onze ...
- 16. Ook al doe je het niet graag, ... moet je het maken!
- 17. Midden in de nacht zag ik een ... schijnen.
- 18. "Waarachter?" "...!"
- 19. Er zat een piepklein ... op de zolder. Het was een muis.
Down
- 1. "Wat zit er in dat ...?" "Dat verklap ik niet!"
- 2. Hans en Grietje konden niet van het peperkoeken... afblijven.
- 4. "Auw, dat doet pijn! Doe eens wat ... aan"
- 5. Pieter lacht ermee, er verschijnt een ... op zijn gezicht.
- 6. Een synoniem van vechtpartijen.
- 9. "Oh nee, ik ben iets vergeten! We moeten ... rijden!"
- 11. Een plaats waar producten worden verkocht en gekocht.
- 12. De ouders van Libby ... me veilig naar huis.
- 13. Als je iets krijgt, zeg je danku, als je iets geeft zeg je ...
- 14. Hij lachte in ...
- 15. Het tegenovergestelde van verder.
