Across
- 5. Hij lachte in ...
- 6. Ook al doe je het niet graag, ... moet je het maken!
- 7. Er zat een piepklein ... op de zolder. Het was een muis.
- 10. Midden in de nacht zag ik een ... schijnen.
- 12. De dieven konden ... en gingen zo met de buit aan de haal.
- 15. Hans en Grietje konden niet van het peperkoeken... afblijven.
- 16. Als je iets krijgt, zeg je danku, als je iets geeft zeg je ...
- 17. Ik heb een broertje en een ...
- 19. De ouders van Libby ... me veilig naar huis.
- 20. "Oh nee, ik ben iets vergeten! We moeten ... rijden!"
Down
- 1. Op het feestje van Sofie had ik veel ...
- 2. "Auw, dat doet pijn! Doe eens wat ... aan"
- 3. Het tegenovergestelde van verder.
- 4. Pieter lacht ermee, er verschijnt een ... op zijn gezicht.
- 8. We vonden net een katje aan onze ...
- 9. "Waarachter?" "...!"
- 11. "Wat zit er in dat ...?" "Dat verklap ik niet!"
- 13. Je hebt goede en ... gewoontes.
- 14. Een synoniem van vechtpartijen.
- 18. Een plaats waar producten worden verkocht en gekocht.
